Trans-activisten in Bolivia en Honduras opnieuw slachtoffer van geweld
Met twee nieuwe aanvallen neemt het extreme geweld tegen trans-activisten in Latijns-Amerika verder toe. In Bolivia raakte Catalina Prada zwaar gewond bij een steekpartij. In Honduras overleefde Scarleth Campbell een aanslag op haar leven niet. We zijn diep geschokt en roepen de regeringen van beide landen op deze zaken serieus te onderzoeken en de daders te vervolgen. Dit geweld moet stoppen.
Catalina Prada is trans-activist, mensenrechtenverdediger en betrokken bij ons werk in Bolivia. In de vroege ochtend van zaterdag 18 juli wordt ze op straat aangevallen en acht keer gestoken met een mes. Ze overleeft deze brute aanslag maar net. Het is de derde aanval op een trans vrouw in de Boliviaanse stad Santa Cruz in de afgelopen weken.
Vermoord in de straten van Tegucigalpa
In Honduras is Scarleth Campbell slachtoffer van mishandeling. De 22-jarige activiste wordt op 10 juli vermoord in de straten van Tegucigalpa. Geweld tegen trans mensen is een constante bedreiging in Latijns-Amerika. Het heeft veel impact op de activisten waar we mee samenwerken en onze medewerkers.
Trans vrouwen in Latijns-Amerika verdienen hun geld vaak noodgedwongen als sekswerker op straat. Lokale overheden doen niets om hen te beschermen, wat ze erg kwetsbaar maakt voor geweld. De gevolgen van de coronacrisis hebben hun situatie alleen nog maar verergerd. Werken is moeilijker geworden, waardoor ze geen geld meer hebben voor huur en levensonderhoud.
Stop het geweld tegen trans-activisten
We roepen de regeringen van Bolivia en Honduras op om het geweld tegen trans-activisten onmiddellijk te onderzoeken en de daders te vervolgen. Zolang deze zaken worden genegeerd en daders straffeloos hun gang kunnen gaan, zal dit geweld blijven bestaan.