Hivos - People Unlimited website

Header image

Ik steun Hivos

Steun moedige mensen in de strijd voor gelijke rechten.

Doneer nu
Beeld: Diana Moreno

Ik steun Hivos

Steun moedige mensen in de strijd voor gelijke rechten.

DONEER
Sluiten
  • Ik doneer
  • Mijn gegevens

Draag bij aan een eerlijke, gelijkwaardige en inclusieve wereld.

Step 1

IK DONEER

  • Eenmalig
  • Maandelijks
  • 20,-
  • 50,-
  • 100,-
  • 6,-
  • 10,-
  • 15,-
  • IDEAL
  • Machtiging
  • Ik machtig Hivos om maandelijks het bovenstaande bedrag van mijn rekening af te schrijven.

Step 2

Mijn gegevens

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Hoe Hivos mensenrechtenactivisten ook online beschermt

Mensenrechtenactivisten die opkomen voor bijvoorbeeld de rechten van vrouwen en de LHBTIQ+ gemeenschap of het klimaat proberen te beschermen, worden vaak fysiek bedreigd. Maar ze worden ook online aangevallen. Petra Hoogerwerf van het Vakblad Fondsenwerving sprak met Hivos-collega Frerieke van Bree, programmamanager van het Digital Defenders Partnership (DDP), en met Guus van Zwoll van het Ministerie van Buitenlandse Zaken dat DDP mede financiert.*

Hoeveel mensenrechtenactivisten worden er aangevallen?

Van Zwoll (BuZa): ‘Het rapport Global Analysis van Front Line Defenders schrijft dat erin 2021 358 mensenrechtenactivisten werden vermoord in 35 landen. Naast moorden en (online) bedreigingen krijgen activisten ook te maken met juridische vervolgingen of worden ze bijvoorbeeld beschuldigd van belastingfraude zodat ze geen tijd kunnen besteden aan hun activisme.’

Hoe worden mensenrechtenactivisten digitaal aangevallen?

Van Bree (Hivos) legt uit dat dat op verschillende manieren gebeurt. Door censuur, online intimidatie of verscherpt toezicht. ‘Hackers van repressieve overheden of religieuze organisaties zetten surveillancesoftware in tegen opponenten. Bijvoorbeeld Pegasus. Dat is software die op een telefoon of computer geïnstalleerd wordt, waardoor e-mails en sms-berichten bespioneerd kunnen worden. Het zijn vooral activisten en mensenrechtenverdedigers die daar de dupe van zijn. Websites van kritische en onafhankelijke media worden uit de lucht gehaald. En tijdens verkiezingen worden social media-accounts offline gehaald of er wordt desinformatie verspreid.’

Het is dus een combinatie van fysieke en digitale aanvallen?

Van Bree (Hivos): ‘Naast digitale dreigingen zijn er ook fysieke bedreigingen op straat of op kantoor. In Tanzania wordt bijvoorbeeld druk uitgeoefend op LHBTIQ+ personen. Zij worden als terrorist bestempeld. Hun namen worden gepubliceerd via social media. Dat is blacklisting. Je wordt in feite vogelvrij verklaard en dat kan de dood tot gevolg hebben. In 2017 werden bij een training van DDP in Turkije tien mensen opgepakt. Alle mobiele telefoons en computers werden ingenomen, doorgelicht en als bewijsstukken ingediend in het proces waar ze terechtstonden als terrorist. Ze zaten vier maanden in de gevangenis. Twee trainers kwamen uit Duitsland en Zweden, wat tot hoog politiek niveau is opgelopen: zij konden uiteindelijk wel het land verlaten.’

Wat is het beleid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken?

Van Zwoll (BuZa): ‘Onze diplomatieke betrekkingen richten zich op het internationale recht en regelgeving, ontwikkeld bij de VN en de mensenrechtenraad in Genève. Maar we zien dat échte verandering lokaal plaatsvindt. Mensenrechtenactivisten moeten veilig en vrij hun werk kunnen doen, binnen bestaande rechtssystemen en zonder tegengewerkt te worden. Met de projecten die we financieren, kunnen we daar een praktische bijdrage aan leveren en zorgen dat lokaal de strijd door blijft gaan. Een actief maatschappelijk middenveld vinden we heel erg van belang.’

‘Veel organisaties hebben zich altijd gericht op de ‘klassieke’ mensenrechten, zoals vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vereniging en privacy. Maar er was nog geen organisatie die zich richtte op digitale rechten en het gevaar van digitale bedreigingen. Met de oprichting van de ‘Freedom Online Coalition’ waren Nederland en de VS in 2012 hier de eerste aanjagers van. Onze inzet is dat alle mensenrechten zowel online als offline moeten gelden. Deze coalitie zette later het Digital Defenders Partnership op, dat nu door Nederland en zes andere landen ondersteund wordt.’

Wat doet DDP op dit gebied?

Van Bree (Hivos): ‘DDP ondersteunt mensenrechtenactivisten, bloggers en kleine ngo’s die te maken hebben met digitale bedreigingen. We spreken niet over cyber security maar over protectie en veiligheid: van secure hosting, het gebruik van encryptie tot veilige online communicatie. Denk aan een organisatie in de Amazone die nauwelijks digitaal werkt. We leren ze hoe ze alles digitaal kunnen opzetten op een manier dat hun data veilig zijn.’

‘Onze netwerken in Azië, Latijns-Amerika, Oost-Europa en Afrika bestaan uit consultants die we zelf opleiden en uit partnerschappen met andere organisaties. Zij analyseren ‘intel’ over de verschillende dreigingen die mensenrechtenactivisten ondervinden. Onderling worden de beste oplossingen uitgewisseld en krijgen de ngo’s trainingen voor awareness bij de staf. Ons Emergency Fund geeft kleine grants van onder de 10.000 euro en grotere grants tot 50.000 euro aan deze regionale partners. Maar het blijven druppels wat we aan kunnen.’

Van Zwoll (BuZa): ‘DDP heeft bewust gekozen om beleidsfuncties ook buiten Europa te plaatsen. Dat vind ik erg stoer van ze. Zo komt lokale ervaring ook in het beleid terecht. Dat is anders dan voorheen waarbij een organisatie het beleid vanuit Den Haag regelt.’

Hoe wordt DPP gefinancierd?

Van Bree (Hivos): Wij worden als programma dus ondersteund door zeven landen en we krijgen geld uit publieke fondsen van Hivos. We willen geen funding aannemen van Google en Facebook (Meta). Zij dragen bijvoorbeeld in repressieve regimes toch data van mensenrechtenactivisten over aan overheden waardoor activisten in problemen komen. Access Now, een van onze partners, bespreekt dat met die platforms.

Wat doet het ministerie?

Van Zwoll (BuZa): ‘Er is een subsidiekader voor de veiligheid van mensenrechtenverdedigers en journalisten. Dat gaat om circa veertig miljoen euro.

‘In het nieuwe beleidskader zijn we nagegaan waar de nood het hoogst was. Daarbij kwam naar voren dat juist de mensen zich lokaal inzetten voor mensenrechten steeds meer gevaar lopen. Daarom richten we de focus op de veiligheid van journalisten en mensenrechtenverdedigers. We zien veiligheid nu holistisch: het gaat om fysieke en online veiligheid en om het psychisch welzijn van activisten. Daarnaast zetten we ook meer fondsen voor mensenrechten uit via de ambassades, dus in de landen zelf. Daar kan vaak beter bepaald worden welke organisaties in de context van het land het meest effectief mensenrechten verdedigen en bevorderen.’

Hoe zie jij de toekomst voor je?

Van Bree (Hivos): ‘Het stemt me treurig dat de dreiging voor mensenrechtenactivisten toeneemt. In steeds meer landen is sprake van een autoritair regime, ook in Europa. Neem de houding van Polen tegenover LHBTIQ+ personen. Waar ik wel positief over ben is dat digitaal veel mogelijkheden zijn om snel te schakelen en samen te werken. Er zijn veel open source alternatieven om data en technologie beschikbaar te maken voor ‘a greater good’. Open source is het openstellen van de data, waarbij gemeenschappelijk bijgedragen wordt aan het beter maken van die data en infrastructuur. Big tech bedrijven houden hun sourcecode echter vaak geheim. Hun inkomstenmodel is er juist op gebaseerd data te verkopen. Achter het open source kanaal Signal zit bijvoorbeeld een ngo die werkt op basis van individuele bijdragen. Zelf ben ik volledig overstapt en gebruik WhatsApp en Facebook niet meer.’

* Dit is een samenvatting van het artikel dat verscheen in Vakblad Fondsenwerving